1) Eerste versie (7 januari) 5 grote vragen: - bespreek de adequaatheid van de verschillende elicitatietechnieken bij veldwerk - bespreek de aard van geografische overgangen - bespreek de voor- en nadelen van de verschillende soorten taalkaarten - welke drie componenten heeft attitude? - wat is stijlregister en hoe wordt het geïmplementeerd in onderzoek? 10 kleine besprekingen: - straattaal - De Bo - etnolect - Meertens instituut - apparent time onderzoek - augmentatief - significatieniveau - zelfmonitoring - J. Winkler - WALS

1) - Bespreek de aard van de taalovergangen - Bespreek het Oost-Vlaams + enkele kenmerken - Bespreek stijlregister en hoe kan een onderzoeker dat gebruiken - De lieden-pronomina kaart van Gunther linken aan universalia Kerkrade project onderzoekersparadox bij veldwerk Gilliéron terraslandschap Urdinger-lijn Tifinaghe NORM-informant RNDA

1) Factoren van opkomst van dialectologie in de 19de eeuw

2) Bespreek het Oost-Vlaams + enkele kenmerken

3) Welke drie componenten heeft attitude?

4) Wat leidde tot het succes van de sociolinguïstiek in de jaren 60?

5) Wat is de opzet van het WVD en wat zijn er de voordelen van voor onderzoeker en lezer?

6) Sociolinguïstische evolutie van het Frans-Vlaams vanaf de 17de eeuw

7) 10 begrippen/namen uitleggen: apparent-timeonderzoek/augmentatief/zelfmonitoring/onderzoekersparadox bij veldwerk/Gilliéron/terraslandschap/enquête Willems/nulhypothese/onomasiologische indeling/primair dialectkenmerk

1) Bespreek de opkomst van de dialectologie als wetenschappelijke discipline in de 19de eeuw.

2) Wat is er bijzonder aan het Gents en uit welke taallagen bestaat het?

3) Bespreek de verschillende fasen van regiolectisering.

4) Geef 4 linguïstische kenmerken van chattaal.

5) Bespreek volgende begrippen: GTRP - ReWo - MAND - Ph. Colinet - straattaal - axioma van de categoriciteit - Wörter-und-Sachenbenadering - hypocorrectie - Leidse taalatlas - matched-guise techniek.

6) Bespreek de kritiek op het traditionele mentalistische attitudemodel.